Provincie Groningen

Herdenkingen in huizen, winkels en scholen die de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog invoelbaar maken.

De Blauwe Schuit

"Er gebeuren dingen die met geen pen zijn te beschrijven, dingen die haast niet te begrijpen zijn dat ze gebeuren. En dat zal nog zoo voortgaan en waarschijnlijk, laat ons gerust aannemen van zeker, nog veel erger worden", schrijft Hendrik Werkman op 19 maart 1942.

Hendrik Werkman is kunstenaar, maar is beter bekend als de drukker van De Ploeg, het kunstenaarscollectief dat begin 20e eeuw de kunstwereld opschudt. In 1941 sluit hij zich aan bij De Blauwe Schuit, de eerste clandestiene uitgeverij van Nederland.

Met rijmprenten steken zij hun vrienden in het verzet een hart onder de riem. Ze geven illegaal veertig werken uit, waarvan Chassidische Legenden I en II de bekendste zijn. Hendrik verzorgt niet alleen het drukwerk, maar ook de subtiel anti-Duitse illustraties.

"Er gebeuren dingen die met geen pen te beschrijven zijn."

Hendrik Werkman, 19 maart 1942

Wie is Ellie van Leeuwen?

De elf-jarige Ellie van Leeuwen verblijft tijdens de oorlog in Baflo. Ze komt vanuit Rotterdam, waar ze haar ouders heeft verloren bij het bombardement. Als pleegkind woont ze bij oom en tante Van der Laan aan de Sijtsmastraat 24, naast de bakkerij. 

Ze heeft blond haar en gaat samen met haar pleegzusje Wil naar de gereformeerde lagere school. De meisjes worden goede vriendinnen.

Groot is de verbazing na de bevrijding, als de Bavvelder bevolking hoort dat Ellie eigenlijk Rachel Hart heet. Ze heeft geen blond, maar donker haar, dat haar onderduikmoeder zorgvuldig verfde, zonder dat ‘Ellie’ daar iets van merkte.

Behalve haar onderduikouders was de meester van school de enige in Baflo die wist hoe het zat. Rachel wordt herenigd met haar vader en broer. Wat is er met haar moeder gebeurd? En keerde ze ooit nog terug naar Baflo?

Jozef en Regina Cohen

Net als zijn vader en grootvader woont schapenhandelaar Jozef Meijer op Westzijde 13 in Bedum. In 1909 trouwt hij met Regina Cohen uit Eenrum. Regina is koningsgezind en gaat al op jonge leeftijd naar Amsterdam voor de kroningsfeesten van Wilhelmina. 

Het paar woont in het ouderlijk huis van Jozef en krijgt een dochter: Charlotte Julia. Ze overlijdt in 1936 aan een darmziekte. 

Tijdens de oorlog verschijnen er ook in Bedum borden met 'voor Joden verboden'. Jozef mag geen handel meer drijven, Regina en hij moeten een Jodenster dragen. Ze vluchten, duiken onder, moeten weer vluchten. 

Uiteindelijk lopen ze bij een razzia in Ellerhuizenin de val. Ze worden in 1943 in Auschwitz vermoord.

Programma 28 april

Op verschillende adressen worden slachtoffers en overlevenden van de Tweede Wereldoorlog herdacht. Bijwonen is gratis.

Van Speykstraat 13, Roodeschool
Tijdens de oorlog zetelde de Ortskommandantur in Roodeschool in twee in beslag genomen villa’s. Naast de Ortskommandantur woonde de familie Ketten, die de Joodse Salomon Neerduin als onderduiker in huis nam. Salomon had meerdere onderduikadressen in het dorp, waaronder zijn eigen woning. Daar werd hij op 6 augustus 1944 opgepakt en hij belandde in Westerbork. Jack van Dijken van het struikelstenenproject in Uithuizermeeden, vertelt Salomons verhaal.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Programma 1 mei

Hoofdstraat 19, Usquert
Eind maart/begin april 1945 werd het verzet in Usquert een zware slag toegebracht. Er werden meerdere personen gearresteerd. Harco van Oosten was één van hen. Op 1 april 1945 werd hij van huis gehaald en korte tijd later gefusilleerd. Zijn echtgenote hertrouwde na de oorlog. Haar zoon Kees Ploegman vertelt het verhaal van hun familiedrama.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Programma 3 mei

Oosterstraat 7, Warffum
De Joodse slager, schrijver, dichter en muzikant Benjamin Heiman Broekema – bijgenaamd Poere – woonde met zijn vrouw Sara Mina en twee dochters in deze woning. Hun verhaal wordt verteld door Wouter Bosma, die een gemeenschappelijke Gronings-Joodse voorouder met Sara Mina deelt. Zijn verhaal begint in 1719, en eindigt in het voor het gezin Broekema noodlottige jaar 1942.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Synagoge, Singel 50, Delfzijl
In maart 1942 kreeg de Joodse familie Hoogstraal een omroep om zich op 11 maart te melden voor gedwongen verhuizing naar Amsterdam. De 23-jarige zoon van het gezin, Karel, had er geen goed gevoel bij, door onzekerheden over waar het gezin terecht zou komen, wat er met hen zou gebeuren en wat er met hun meubelwinkel zou gebeuren, na hun vertrek. Henk Nijhuis vertelt over Karel, zijn ouders en zuster Gelle.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Molenstraat 8, Eenrum
Het verhaal van de Joodse familie Benninga laat zien welke verschillende wegen de bewoners van deze woning tijdens de oorlog volgden. Het verhaal wordt verteld door de huidige bewoner Eliza Gussenhoven. Zij vertelt dit aan de hand van de verhalen die Noach Benninga over zijn familie schreef.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Hoofdstraat 19, Usquert
Eind maart/begin april 1945 werd het verzet in Usquert een zware slag toegebracht. Er werden meerdere personen gearresteerd. Harco van Oosten was één van hen. Op 1 april 1945 werd hij van huis gehaald en korte tijd later gefusilleerd. Zijn echtgenote hertrouwde na de oorlog. Haar zoon Kees Ploegman vertelt het verhaal van hun familiedrama.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Programma 4 mei

Kaakstraat 12, Uithuizen
Garagehouder Geert en Derkje Dinkla weigerden hun radio in te leveren en verstopten deze in de garage. Hier werd later de Joodse onderduiker Julius Cohen verborgen gehouden. Tijdens een huiszoeking op 8 september 1944 worden zowel Cohen als de radio ontdekt. Cohen, Geert, Derkje en hun zoons Hero en Emko worden gearresteerd en weggevoerd. Dichteres Kunny Luchtenburg en lid van het 4 Meicomité Uithuizen, Anton Mulder, vertellen Hero’s verhaal.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Tuinbouwstraat 15, Winsum
Izaäc en Ellie de Vries-Oudgenoeg woonden met hun twee kinderen in de Tuinbouwstraat. Izaäcs zaken gingen goed. De fraaie auto voor de deur baarde opzien. Historicus Romke Visser vertelt over Izaäcs leven kort voor en tijdens de oorlog, en over de oude sjoel waar Izaäc bestuurslid was.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Hoofdstraat-Oost 2, Uithuizen
Het echtpaar Jacob en Aleijda Bamberg-Manassen woonde vanaf het begin van de jaren dertig in Uithuizen. Hier werden ook hun dochters Mathilde en Hendelina geboren. In februari verloor Jacob zijn baan als keurmeester, enkel omdat hij Joods was. Op 16 juli 1942 werd het gezin met de allereerste deportatietrein naar Auschwitz overgebracht. Geen van de leden van het gezin Bamberg overleefde de oorlog. Historisch onderzoeker Teun Juk vertelt hun verhaal.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Sijtsmastraat 24, Baflo
Wie is Ellie van Leeuwen?

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Boterdiep Westzijde 13, Bedum
De geschiedenis van de familie Meijer

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Cornelis Houtmanstraat 6, Delfzijl
De Joodse David van Buuren was godsdienstonderwijzer en voorzanger. In 1931 vestigde hij zich in Delfzijl, waar hij zes jaar later in het huwelijk trad met Ida Neerduin. In 1942 werden zij in het kader van de concentratie van Joden gedwongen naar Amsterdam te verhuizen. Op 4 juni 1943 werd het echtpaar in vernietigingskamp Sobibor vermoord. De huidige buurman van hun voormalige woning, Lex Rootselaar, vertelt hun verhaal.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Molenstraat 8, Eenrum
Het verhaal van de Joodse familie Benninga laat zien welke verschillende wegen de bewoners van deze woning tijdens de oorlog volgden. Het verhaal wordt verteld door de huidige bewoner Eliza Gussenhoven. Zij vertelt dit aan de hand van de verhalen die Noach Benninga over zijn familie schreef.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Kleine Bosstraat 1, Winschoten
Verzetsgroep De Blauwe Schuit

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk

Hooilandseweg 65, Roodeschool
Tijdens de oorlog zetelde de Ortskommandantur in Roodeschool in twee in beslag genomen villa’s. Naast de Ortskommandantur woonde de familie Ketten, die de Joodse Salomon Neerduin als onderduiker in huis nam. Salomon had meerdere onderduikadressen in het dorp, waaronder zijn eigen woning. Daar werd hij op 6 augustus 1944 opgepakt en hij belandde in Westerbork. Jack van Dijken van het struikelstenenproject in Uithuizermeeden, vertelt Salomons verhaal.

Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk