NHm vertelt: Merlyn Frank

Artikel

Het gezin van Merlyn Frank
Merlyn (Merlina) Frank werd in september 1940 geboren in bezet Amsterdam als dochter van Abraham Eleazar Frank en Koosje Witteboon. Haar vader was financieel en administratief adviseur. Haar moeder, die een studie aan het conservatorium had voltooid, werkte bij modehuis Gerzon op de parfumerieafdeling. Daarnaast gaf zij pianoles. Op 22 februari 1943 kwam er nog een jongetje bij, Philip.

Deportatie
Abraham Frank werkte in de voedselvoorziening van de Joodsche Raad en het gezin was daarom aanvankelijk gesperrt (tijdelijk vrijgesteld van deportatie). Maar op 25 mei 1943 werden de Franks alsnog thuis opgehaald met een vrachtwagen en op de trein gezet richting kamp Westerbork.

"Woede naar de hele wereld, verdriet en frustratie maakte van mij een lastig kind dat veel wegliep en niet van mijn pleegouders kon houden. Die hadden slechts voor de duur van de oorlog een kind in huis genomen, dachten ze. Maar zij bleken nog vele jaren met een heel moeilijk meisje opgescheept te zitten."

Merlyn Frank

Redding van het Utrechts Kindercomité
Onderweg stopte de trein bij een perron in Utrecht en verschenen voor het treinraampje een gebarende man en vrouw, naar later bleek medewerkers van het Utrechts Kindercomité. Zij trokken door de geopende treindeuren de baby uit de armen van zijn moeder, en tilden ook de bijna driejarige Merlyn uit de trein. Daarna kwam zij via verschillende adressen in onderduik terecht bij een gezin in Utrecht. Haar broertje werd bij een kinderloos echtpaar ondergebracht.

Het leven na de oorlog
Na de oorlog, toen zij negen jaar oud was, kreeg ze te horen dat haar ouders niet meer zouden terugkomen. Haar oom Sal Witteboon, de broer van haar moeder, die de Sjoa had overleefd in onderduik, wilde graag voor zijn nichtje en neefje zorgen. Maar het bureau Oorlogspleegkinderen (OPK) hield dit tegen. De kinderen werden toegewezen aan de pleeggezinnen waar zij ondergedoken hadden gezeten. Sal Witteboon werd veel later voogd.

Een terugblik op een levensreis
Na een niet afgemaakte tolkenopleiding in Genève werkte Merlyn Frank vele jaren bij El AL Airlines in Amsterdam. In 1998 verscheen van haar hand een boek over de zoektocht naar haar moeder, Koosje, een dinsdagskind. Daarna volgden haar autobiografische roman Vliegende kiep (2000), Ver weg en heel dichtbij. Een testament (2018) en Terugblik (2022).

Abraham en Koosje Frank-Witteboon werden op 16 juli 1943 vermoord in vernietigingskamp Sobibor.

Merlyn Frank tijdens de onderduik begin 1945, privébezit Merlyn Frank.

NHm vertelt: Merlyn Frank

Bekijk hier het interview met Merlyn Frank