Gouda
Herdenkingen in huizen, winkels en scholen die de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog invoelbaar maken.
2 mei
Open Joodse Huizen
Huizen van Verzet
Toon Nieuwenhuisen en het vroege verzet
Op dit adres was sinds 1937 de werkplaats van fietsenmaker en -handelaar Toon Nieuwenhuisen gevestigd. Toon begaf zich al vroeg in de oorlog op het verzetspad, zijn zaak werd een ontmoetingspunt voor verzetslieden, waar ook wapenreparaties en -onderhoud werd gedaan.
Dat ging mis. In maart 1942 werd Toon door verraad gearresteerd. Wat volgde was een tweetal processen en een gang langs verschillende gevangenissen en concentratiekampen. Uiteindelijk bezweek hij in december 1944 in Dachau aan vlektyfus en uitputting. Toon Nieuwenhuisen werd slechts vijftig jaar.
Pas ver na de bevrijding hoorde Toons weduwe wat er met hem gebeurd was. Tot in 1947 probeerde zij te achterhalen wat het lot van haar man was. Op 2 mei vertelt Peter Beukema over nieuwe archiefvondsten en onderzoeksresultaten die het verhaal van Toon steeds een beetje duidelijker krijgen.
Hoge Gouwe 143

Toon Nieuwenhuisen
Sara en Roza
Op de avond van vrijdag 9 april 1943 staan leden van de SS en Nederlandse politiemannen op de stoep van het Centraal Tehuis voor Israëlieten, een rusthuis voor bejaarde Joden. Het pand moet worden ontruimd, zowel de bewoners als personeelsleden dienen mee te komen. De 64 opgepakten worden via Rotterdam naar Westerbork overgebracht.
De directrice van het rusthuis, Sara Teixeira de Mattos, had diezelfde middag de kans gekregen om onder te duiken. Dit had ze geweigerd omdat ze haar mensen niet in de steek wilde laten. In Westerbork wordt Sara tewerkgesteld als verpleegster. Haar bewoners en personeelsleden worden in de hierop volgende weken allemaal naar het vernietigingskamp Sobibor gedeporteerd.
Sara is de enige die de oorlog overleeft. Lex van der Helm van de Stichting Gouds Metaheerhuis vertelt haar verhaal. Historisch onderzoeker Roald van Elswijk spreekt over de geschiedenis van het tehuis en over Roza Palm, die in mei 1940 als kookster in het tehuis in dienst kwam.
Oosthaven 31

Foto: Nico Boerboom
Gedwongen vertrek, verspreid door de oorlog
De Joodse Maurits en Elisabet Leuw-Heilbron betrokken deze dan net gebouwde woning in 1937. Hier stichtten ze hun gezin. Ze kregen eerst een tweeling, later gevolgd door nog een dochtertje. Maurits was ambtenaar en werkte als belastingcommies. Toen hij in het najaar van 1940 de zogeheten ‘ariërverklaring’ niet kon invullen, werd hij van zijn werk weggestuurd en begin 1941 officieel ontslagen.
Nadat hun woning in 1942 door de Duitse bezetter werd gevorderd werd het jonge gezin gedwongen om binnen een halfuur hun spullen te pakken voor vertrek. In eerste instantie werden Maurits, Elisabet en de kinderen ondergebracht op een ander Gouds adres, al volgde spoedig hun verhuizing naar Amsterdam. Na het begin van de deportaties van de Nederlandse Joden besloten Maurits en Elisabet dat zij en de kinderen moeten onderduiken. Ze komen alle vier op een ander adres terecht. Maurits bleef waar hij was en dit werd hem noodlottig. In 1943 werd hij vanuit Kamp Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd.
Elisabet en de kinderen overleefden de oorlog. Het kostte haar grote moeite om mede middels krantenoproepen haar kinderen weer terug te vinden. De huidige bewoners van de voormalige woning van de familie Leuw, Michiel Maas, vertelt het verhaal van de familie die ruim 80 jaar geleden de voordeur van zijn woning achter zich dichttrokken.
Burgvlietkade 60

David Leuw met zijn ouders en zusjes in Gouda
-Collectie D Leuw
Programma 2 mei
Op verschillende adressen worden slachtoffers en overlevenden van de Tweede Wereldoorlog herdacht. Bijwonen is gratis.
Koekoekstraat 60
In dit pand doken in het najaar van 1943 de Joodse tieners Benno en Fred Cats onder bij Hendrik en Anna Schoonderwoerd. Ze moesten zich zo stil mogelijk houden en bij gevaar achter de wand van een kast kruipen. Publieksmedewerker van het Joods Cultureel Kwartier, Jan de Wild, vertelt hun verhaal.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Achter de Vismarkt 72
In dit pand woonde het gezin Van Monnikendam, bestaande uit vader Maurits die beheerder van de Joodse begraafplaats was, moeder Esther, maakster van koosjere kaas en zoons Leon en Hartog. Stadsgids Joke Kraal vertelt over hun levens en hoe alle gezinsleden in verschillende kampen om het leven kwamen.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Krugerlaan 149
De Joodse Anna Witt-Cohn en haar zoon Ernst wonen op dit adres in bij de familie van Ernsts niet-Joodse verloofde Mies Metselaar. In 1941 krijgt het stel een dochter dat zij aan vrienden afstaan om het half-Joodse kind veilig de oorlog te laten doorkomen. Haar moeder zal ze alleen kennen als een ‘aardige tante’. Pas op latere leeftijd ontdekt ze wie haar biologische ouders waren. Familielid Joost Brouwer vertelt haar verhaal.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Hoge Gouwe 143
Toon Nieuwenhuisen en het vroege verzet.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Burgvlietkade 60
Het verhaal van het gezin van Maurits en Elisabet Leuw-Heilbron.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Oosthaven 9 (Museum Gouda)
Samen met haar ouders en broertje woonde de Joodse Edith Beek aan de Lange Tiendeweg in Gouda. Na het begin van de deportaties van de Nederlandse Joden dook het gezin Beek onder, maar niet samen. De achtjarige Edith werd ondergebracht bij een predikant in Zwammerdam. Na een jaar is ze daar verraden en via Kamp Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Directeur-streekarchivaris Coretta Bakker vertelt Ediths verhaal bij de tentoonstelling ‘Edith, een gewoon Gouds meisje’.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Oosthaven 31
Het verhaal van Sara en Roza.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Hoge Gouwe 99
In 1941 lukt het de Joodse Hans en Elsbeth Kahlenberg om samen met hun dochters Helga en Henriëtte vanuit Duitsland naar Nederland te vluchten. Het gezin betrekt deze woning samen met de weduwe Gertrud Brahn-Birnbaum. Student Cultureel Erfgoed Marijn Teunissen vertelt hun verhaal, muzikaal begeleid door Jaap Mulder.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Nieuwehaven 2
Nathan Jacob Cats heeft op de hoek van de Kleiweg en Kleiwegstraat een elektriciteitszaak en woont met zijn gezin boven de winkel. In 1942 word hij in de synagoge aan de Turfmarkt opgepakt en weggevoerd, terwijl zijn niet-joodse vrouw en kinderen achterblijven. Nathan Jacob wordt gedeporteerd naar Westerbork en vermoord in Auschwitz op 26 januari 1943. Stadsgids Pita Dekker vertelt zijn levensverhaal en de lotgevallen van het gezin.
Deze locatie is niet rolstoeltoegankelijk
Lage Gouwe 134 (Sint Joost-Kapel)
Levi van Collem is koosjer slager en heeft een winkel aan de Groenendaal 38. Samen met zijn vrouw Rachel en kinderen Rozita en Hans woont hij in hetzelfde pand. Na de Kristallnacht van november 1938 neemt het gezin de gevluchte Duitse Isaak en Klara Schenkolewski met hun twee kinderen in huis. Marianne van het Veer van het Streekarchief Midden-Holland vertelt op 2 mei hun verhaal, ondersteund door muziek van Jaap Mulder.
Deze locatie is rolstoeltoegankelijk