NHm vertelt: Ted Musaph Andriesse

In onderduik
​Ted Musaph-Andriesse (1927) groeit op in Utrecht. Ze is vijftien als het gezin op 19 april 1943 naar Amsterdam moet verhuizen. Haar vader is gezagsgetrouw en wil niet onderduiken; Ted wil dat wel. Als in de nacht van 19 op 20 juni 1943 een grote razzia plaatsvindt, verstopt Ted zich in een kruipruimte van de woning. Ze hoort hoe haar familie wordt weggevoerd. Die ochtend besluit zij haar ster af te doen en bij vrienden aan te kloppen. Daarna volgen verschillende onderduikadressen.

Verraad
Uiteindelijk belandt ze weer in Utrecht en wordt verraden. Ze moet mee naar de Hollandsche Schouwburg. De medewerkers daar willen haar helpen om te ontsnappen. 's Avonds verstopt ze zich onder de vloer van het toneel.​

Van de Crèche naar Bergen-Belsen
De volgende dag wordt ze naar de Crèche overgebracht. Na een paar dagen neemt de angst en onzekerheid toe en ziet ze het niet meer zitten. Ze besluit naar haar familie in Westerbork te gaan. Op 11 januari 1944 wordt Ted met haar familie naar Bergen-Belsen gedeporteerd. Haar vader overlijdt er aan de ontberingen. De rest van het gezin kan het concentratiekamp op 9 april 1945 verlaten, ernstig verzwakt.