IJsselstein

De Joodse gemeenschap van IJsselstein, ten zuidwesten van Utrecht, had sinds 1766 een synagoge in de Weidstraat. Men schijnt ook beschikt te hebben over een Joodse begraafplaats, maar de ligging daarvan is onbekend.

In het begin van de negentiende eeuw bleek het aantal Joodse inwoners van IJsselstein zo gering te zijn, dat er geen godsdienstoefeningen meer gehouden konden worden. Bij de herindeling van de Joodse gemeenten in 1821 verkreeg IJsselstein dan ook niet de status van zelfstandige gemeente, maar werd het bij Utrecht gevoegd. Enkele jaren later herkreeg de Joodse gemeenschap haar zelfstandigheid. De Joodse inwoners van IJsselstein waren werkzaam als koopman, winkelier, kleermaker en slachter.

Aan het einde van de negentiende eeuw begon de definitieve neergang van de Joodse gemeente IJsselstein. In 1918 volgde de opheffing en werd de gemeente wederom bij die van Utrecht gevoegd. Het is niet bekend, wanneer de synagoge is afgebroken.

Ook in het nabijgelegen Montfoort woonden tussen 1840 en 1930 enkele Joden, maar door hun geringheid in aantal hebben zij nooit een zelfstandige gemeente kunnen vormen.

Aantal Joden in IJsselstein en omgeving

jaar

1809

59

1840

39

1869

41

1899

20

1930

11