Haaksbergen

Eind zeventiende eeuw vestigde de eerste Jood zich in Haaksbergen. Het was een ritueel slachter, tevens handelaar. In tweede helft van de achttiende eeuw woonden er meerdere Joden, ondanks tegenwerking van de Twentse autoriteiten. Aan het begin van negentiende eeuw bestond er een kleine Joodse gemeente van rond de vijftig personen. Het merendeel van hen was armlastig.

Toramantel van de joodse gemeente in Haaksbergen, eerste helft negentiende eeuw

Toramantel van de joodse gemeente in Haaksbergen, eerste helft negentiende eeuw

Aanvankelijk werden de godsdienstoefeningen gehouden in huissynagogen, totdat er in 1825 een stuk grond werd aangekocht aan de Morsinkhofsteeg om een synagoge te bouwen. Het nieuwe gebouw kon in 1828 in gebruik genomen worden, hoewel er van katholieke zijde bezwaren gemaakt werden. Vrijwel tegelijkertijd scheidde de Joodse gemeente Haaksbergen zich af van die van Goor en werd zelfstandig. De begraafplaats aan de Goorsestraat was al in de veertiger jaren van de achttiende eeuw in gebruik genomen en werd in 1867 uitgebreid.

De meeste Joodse inwoners van Haaksbergen hielden zich bezig met handel en rituele slacht. In 1885 stichtte Salomon Frankenhuis een lompenverwerkingsfabriek. Naast een kerkbestuur waren er twee genootschappen actief: één voor begrafenissen en talmoedstudie en een vrouwengenootschap voor het onderhoud van de synagoge. Het Joodse godsdienstonderwijs werd verzorgd door een rondreizende onderwijzer.

Voorhang van de joodse gemeente in Haaksbergen, 1884

Voorhang van de joodse gemeente in Haaksbergen, 1884

In 1908 werd het aan de synagoge grenzende mikwe gesloopt en het het daarnaast gelegen leslokaal omgebouwd tot mikwe. De kinderen kregen vanaf dat moment Joodse les in de openbare school.

De Joodse gemeente groeide langzaam tot rond de zestig leden in het begin van de twintigste eeuw. Daarna zette een licht verval in, wat weer teniet gedaan werd door de komst van een aantal vluchtelingen uit Duitsland eind dertiger jaren.

In 1941 werd een derde deel van de Joodse inwoners van Haaksbergen gedeporteerd en in de vernietigingskampen omgebracht. De overigen doken onder, voor het merendeel bij plaatsgenoten. De synagoge bleef ongeschonden, net als een deel van de inboedel.

Hoewel er na de oorlog nog Joden in Haaksbergen woonden, was het in 1967 niet langer mogelijk synagogediensten te houden. De gemeente werd in 1972 opgeheven en bij die van Hengelo gevoegd. Het rituele bad werd in 1978 gesloopt, de synagoge werd op initiatief van een plaatselijk comité behouden en in 1982 gerestaureerd. Het gebouwtje is nu in gebruik als synagoge van de Liberaal Joodse Gemeente Twente. De Joodse begraafplaats staat op de monumentenlijst en wordt sinds 1991 onderhouden door de plaatselijke autoriteiten.

Op het gazon naast de synagoge staat een beeld ter nagedachtenis aan Betsy Frankenhuis (1933-1942), het jongste Joodse oorlogsslachtoffer uit Haaksbergen. In 2012 werd hierbij een plaquette geplaatst met de namen van de vermoorde Joodse burgers uit Haaksbergen.

Aantal Joden in Haaksbergen en omgeving

jaar

1748

10

1795

51

1809

56

1840

33

1869

39

1899

62

1930

37

1951

33

1971

10