Apeldoorn

De Joodse gemeente van Apeldoorn geldt als een van de jongste van Nederland. Toch woonden er al rond 1770 -1780 enige uit Duitsland afkomstige Joden in Apeldoorn. Deze vielen onder de Joodse gemeente van Deventer.

Vanaf 1855 werden er godsdienstoefeningen gehouden in een huis aan de Loolaan. Toen zich aan het einde van de negentiende eeuw meerdere Joodse gezinnen in Apeldoorn vestigden, werd de synagoge aan de Paschlaan met de aangrenzende leerruimte en het rituele bad gebouwd. Ook de school voor Joods onderwijs werd in 1890 opgericht. Met de inrichting van een begraafplaats aan de Arnhemseweg twee jaar later maakte de Apeldoornse Joodse gemeente zich definitief los van de Deventerse.

Portrait of David Lutomirski, board member of the Apeldoornsche Bosch painted by J.C. Bander in 1924.

Portret van David Lutomirski, bestuurslid van het Apeldoornsche Bosch, geschilderd door J.C. Bander in 1924

-

Collectie Joods Historisch Museum, M003716

In de eerste decennia van de twintigste eeuw groeide de Joodse bevolking van Apeldoorn aanzienlijk, dit in tegenstelling tot de algemene tendens. De verklaring hiervoor ligt in de vestiging in Apeldoorn van enige centrale geneeskundige instellingen van het Nederlandse jodendom. In 1909 werd het Centraal Israelietisch Krankzinnigengesticht Het Apeldoornse Bosch geopend. Deze instelling beschikte over een eigen synagoge. Het Paedagogium Achisomog droeg vanaf 1925 zorg voor de opvoeding van geestelijk achtergebleven Joodse kinderen.

De snel groeiende Joodse gemeente van Apeldoorn kende een rijk verenigingsleven; zo zorgde een vereniging voor kleding voor de patiënten van de beide zorginstellingen. Een andere organisatie probeerde het leven van de kinderen te veraangenamen. Ook een apart begrafenisgenootschap voor mannen en voor vrouwen stond ten dienste van de Joodse gemeenschap. Er waren in Apeldoorn, tot voldoening van het kerkbestuur, geen armlastige Joden. Het culturele leven was georganiseerd in een toneelgezelschap, een literaire vereniging en een zang- en een ontspanningsvereniging. Zowel de Nederlandse Zionisten Bond als de Zionistische Jeugdbeweging waren actief in Apeldoorn.

The entrance to the asylum Apeldoornsche Bosch, c.1912.

De ingang van het gesticht Apeldoornsche Bosch, ca. 1912

-

Collectie Joods Historisch Museum, F002614

In oktober 1941 werden in Apeldoorn 1549 Joden geregistreerd, waaronder een groot aantal vluchtelingen en patiënten en verplegend personeel van de beide verpleeginrichtingen. De arrestaties en deportaties begonnen al in een zeer vroeg stadium, in oktober 1941. In de loop van 1942 werden vele Joodse bewoners van Apeldoorn weggevoerd. Begin januari 1943 werden de overgeblevenen gearresteerd en overgebracht naar Het Apeldoornsche Bosch. Op 23 januari werden allen die op dat moment in de inrichting verbleven samen met de kinderen van Achisomog en hun verzorgers op transport gesteld. Zij zijn bijna zonder uitzondering omgebracht in Auschwitz en Sobibor.

Na de oorlog keerden ongeveer 150 mensen in Apeldoorn terug, hetzij uit de kampen, hetzij uit de onderduik. De synagoge aan de Paschlaan was in augustus 1941 in brand gestoken en zwaar beschadigd. De synagogediensten werden aanvankelijk thuis hervat, net als de Joodse lessen aan kinderen. In het Apeldoornsche Bosch werd in juli 1947 het Kinderdorp Ilaniah ingericht, waar 440 Joodse kinderen, meest afkomstig uit Roemenië, werden opgevangen tot zij in oktober 1948 naar Palestina gingen.

Achisomog hervatte in 1946 zijn activiteiten, maar voor een Joodse psychiatrische inrichting was het Apeldoornsche Bosch na de oorlog te groot. In 1951 werd het terrein verkocht. Plannen voor een nieuwe psychiatrische inrichting resulteerden uiteindelijk in de opening van de Sinai-kliniek in Amersfoort, in 1960.

Behalve een gedenkteken op de Joodse begraafplaats uit 1950 werd in 1990 in het Prinsenpark een door Ralph Prins ontworpen monument opgericht ter herinnering aan de deportatie van de patiënten en het personeel van Het Apeldoornsche Bosch. De synagoge aan de Paschlaan is herbouwd en in 1960 weer in gebruik genomen. In dat jaar werd ook een reliëf aan de gevel van de synagoge aangebracht. Er worden nog steeds op de Hoge Feestdagen synagogediensten gehouden. De plaatselijke overheid draagt sinds 1988 zorg voor het onderhoud van de begraafplaats. Voor de synagoge aan de Paslaan is in oktober 2005 een monument ter herinnering aan de 592 Apeldoornse Joden onthuld die de oorlog niet overleefd hebben.

In 1954 werd de Joodse gemeente van Hattem bij die van Apeldoorn gevoegd.
De Joodse gemeenten van Apeldoorn, Deventer en Zutphen hebben zich in oktober 2000 formeel verenigd in de Joodse Gemeente Stedendriehoek. Hierin speelt Zutphen een centrale rol.

Aantal Joden in Apeldoorn en omgeving

jaar

1809

13

1840

35

1869

23

1899

103

1930

1030

1951

112

1971

60

1998

24