Besnijdenisjurk

Artikel

Deze besnijdenisjurk was aan het begin van de 20e eeuw eigendom van de Joodse apotheker Emanuel Vita Israël (1873-1940). Behalve apotheker was Vita Israël ook verzamelaar van kunst en judaïca. In 1930 was hij een van de oprichters van het Joods Historisch Museum (nu Joods Museum) waar hij tot zijn dood in 1940 conservator bleef. Hij gaf delen van zijn eigen collectie in bruikleen aan het net opgerichte museum.

Een besnijdenisjurk als deze werd gedragen bij de besnijdenis van Joodse jongens op de achtste dag na hun geboorte. Bij deze jurk hoort een besnijdeniskleed. Het kleed en de jurk komen voor in de eerste museumgids van het Joods Historisch Museum uit 1931. De stukken worden ingeschreven in het inventarisboek onder de nummers 1 en 2.

Emanuel Vita Israël overleed vlak na de invasie van de nazi's in mei 1940. In datzelfde jaar moest het Joods Historisch Museum zijn deuren sluiten en werd de collectie tijdelijk ondergebracht in de depots van het Stedelijk Museum. In 1943 moest het Stedelijk Museum de collectie, bestaande uit ongeveer 600 voorwerpen, inleveren bij de rooforganisatie van de bezetter. De collectie werd naar Duitsland gebracht.

Na de oorlog werd maar een deel van de collectie aan het museum teruggegeven. Waar deze besnijdenisset is, is nog steeds onbekend. Het museum is nog op zoek naar de verloren collectie.

E. Vita Israël in apotheek De Castro aan de Muiderstraat. H. Joseph, Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Boven de winkel is door Vita Israël een ruimte als museum ingericht. Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Inventarisboek van het Joods Historisch Museum uit 1937, de besnijdenisjurk en het kleed zijn ingeschreven als nummer 1 en 2a/2b.

In de vaste opstelling van het Joodsch Historisch Museum in het Waaggebouw (1930-1940)