Amsterdam: Joods meisjesweeshuis
Aan de Rapenburgerstraat in de Amsterdamse Jodenbuurt staan de twee huizen waarin het Nederlands Israëlitisch Meisjes-Weeshuis (1861-1943) was gevestigd. Het Nederlands Israëlitisch Weesmeisjes Collegie bestond al vanaf 1761 en had als motto 'tot de goede werken behoort de opvoeding van weesmeisjes', zoals de gevelsteen op nummer 171 vermeldt.
Aanvankelijk verstrekte het Collegie financiële ondersteuning aan familieleden die de wezen opvoedden. Rond 1861 bleek een weeshuis noodzakelijk en nam men het pand Rapenburgerstraat 171 in gebruik. Meisjes kregen hier een orthodoxe opvoeding en les in huishoudelijke vakken opdat ze aan de slag konden als dienstmeisje of naaister. Na circa 1930 kregen ze opleidingen tot verpleegster, secretaresse of onderwijzeres.
Op 10 februari 1943 ontruimde de bezetter het Joodse Meisjesweeshuis, thans zijn er appartementen in gevestigd. De huidige bewoners van de panden en de Vereniging Vrienden van Amsterdamse Gevelstenen namen gezamenlijk het initiatief tot renovatie en herplaatsing van de na de oorlog verdwenen Hebreeuwse teksten in de daklijsten en gevelstenen, die in 2003 door Hannah Belliot, wethouder van Cultuur, zijn onthuld. Dankzij voornoemde vereniging zijn ook de teksten in de gevel van het Fernandes Nuneshuis in de Nieuwe Kerkstraat 16 (voormalig Joods bejaardenhuis) en die in de gevel van Nieuwe Herengracht 33 (voormalig tehuis voor Joodse, oude mannen) in ere hersteld.