Nu het Joods Museum ooit het Hoogduitse Synagogencomplex

Artikel

In het synagogencomplex aan het Jonas Daniël Meijerplein is sinds 1987 het Joods Museum gehuisvest. Het complex bestaat uit vier synagogen en is het grootste van Europa. Ofschoon de Hoogduitse (Asjkenazische) Joden al vanaf 1635 in Amsterdam woonden, bouwde men de eerste synagogen pas in de tweede helft van de 17e eeuw.

Voor de gestaag groeiende gemeente was de Grote Sjoel al snel te klein

De oudste synagoge van het complex is de Grote Sjoel (1671), ontworpen door de stadsbouwmeesters Elias Bouman en Daniël Stalpaert, met als grondvorm het Griekse Kruis, conform de toenmalige Amsterdamse bouwstijl. Voor de gestaag groeiende gemeente was de Grote Sjoel al snel te klein. In korte tijd bouwde men ter plaatse nog drie synagogen, de Obbene Sjoel (1686-1688), de Dritt Sjoel (1700) en de Neie of Nieuwe Sjoel (1730). In 1752 bouwde architect G.F. Maybaum op de plaats van de toenmalige Nieuwe Sjoel een nieuw gebouw, de grootste van de vier synagogen en tevens de fraaiste, met zijn koepel en de ingang met Ionische zuilen. In de eerste decennia van de 20ste eeuw nam de betekenis van de synagogen af, als gevolg van de toenemende ontkerkelijking en het vertrek van Joden uit de oude Jodenbuurt naar nieuwe woonwijken.

In 1943, na de laatste dienst in de Grote Sjoel, werd het synagogencomplex geplunderd. Na de oorlog zijn de gebouwen niet meer als synagoge in gebruik genomen. Vanaf 1954 was de Gemeente Amsterdam eigenaar en gebruiker van het complex. Voor het symbolische bedrag van één gulden werd het in 1974 aangekocht door het Joods Museum.