Sophie van der Klei (1858-1943) wordt geboren in Appingedam. Ze trouwt in de zomer van 1885 in Appingedam met Jacob de Vries, die opgroeide op een boerderij in Wetsinge en in 1879 terugkeert naar Winsum. Sophie, voor haar huwelijksfeest terug in Appingedam, maakt van de gelegenheid gebruik om de gemeentelijke secretarie te laten weten, dat zij liever Sophia wordt genoemd. Met de trouwacte voor zich en een pen in de hand ondertekent ze met ferme letters: ‘Sophiea’ van der Klei. Naast Sophia’s levensweg plaatst docent Wouter Bosma zijn eigen levensweg. Net als bij Sophia gaat ook zijn familielijn terug op Marcus Sekkel uit Loppersum, die in 1808 te Winsum overlijdt. De weerslag van de bittere jaren 40/45 zijn ook Wouter niet onbekend. Hij vertelt het verhaal van grootmoeder Sophia in het huis waar zij tot aan haar deportatie woont, bij haar zoon Izaäc, zijn vrouw Ellie en hun twee jonge kinderen Sophie en Jacob Comprecht.
