Politieman Doeke Dam wordt in 1941 letterlijk van de ene op de andere dag vanuit Amsterdam overgeplaatst naar Hoorn als waarnemend brigadecommandant der Marechaussee. Hij gaat met zijn collega Piet Knijff werken voor de Economische Controledienst.
In 1943 krijgt het bureau een nieuwe brigadecommandant, Izaak Adriaanse. Die blijkt achter de schermen een van de brutaalste verzetsmensen van Hoorn te zijn. Op meesterlijke wijze leidt Adriaanse zijn NSB-chefs, de partijleiding en de Duitse bezetter om de tuin als pro-Duits en anti-Joods. Op die manier krijgt Adriaanse allerlei vertrouwelijke informatie in handen, waarna hij kan waarschuwen wanneer er razzia’s of arrestaties gepland zijn.
Doeke Dam, een uitstekende schutter maar ook een pacifist, rolt langzamerhand als 'handlanger' van Adriaanse het verzet in. Dam is als bewaker aanwezig bij wapendroppings en verbaast zich wanneer zijn baas vertelt dat er onder de vloer van het bureau aan de Grote Oost wapens voor het verzet liggen.
